Meng de suiker en het kaneelpoeder. Verwarm de oven voor op 220 graden Celsius.

Haal de plakjes bladerdeeg uit de vriezen en ontdooi ze tot ze net verwerkbaar zijn. Plak 2 keer 2 plakjes bladerdeeg aan elkaar, zodat je 2 lappen deeg hebt, door ze een klein beetje te overlappen en aan te drukken. Als de de bladerdeeg niet aan elkaar wilt plakken kun je een klein beetje water gebruiken. 

Nu kun je de vlinders gaan vormen. Bestrooi het deeg met kaneelsuiker en druk het een beetje aan zodat de suiker goed blijft zitten als je gaat vouwen.
Vouw vervolgens vanuit de uiteinden het deeg dubbel tot een kwart van de totale lap. Maak de omgeslagen stukjes deeg een klein beetje nat, en bestrooi met kaneelsuiker, druk weer een beetje aan.

Vouw nu verder richting het midden van het deeg, maar zorg voor een kleine open strook om dadelijk dicht te kunnen vouwen. Maak wederom de omgeslagen stukjes deeg een beetje vochtig, bestrooi met het laatste beetje kaneelsuiker en druk aan.
Vouw nu de vlinder dicht. Je hebt nu 2 opgevouwen rolletjes deeg.

Snijd deze rolletjes elk in 8 stukjes en leg de 16 koekjes op een met bakpapier beklede bakplaat. Leg ze een stukje uit elkaar want door het uitzetten van het bladerdeeg groeien ze in de oven flink. Bak de kaneelvlinders in ca. 12-15 minuten goudbruin en gaar in de oven. Laat op een rooster een beetje afkoelen en smullen maar!